Post uit Frankrijk

november 18, 2025

Vroeger was het altijd feest wanneer er op de mat weer een mooie dikke enveloppe lag. Een vrolijke rode postzegel met een afbeelding van de elegante Marianne, het nationale symbool van de Franse Republiek, kondigde aan waar deze brief vandaan kwam. Yes, een brief van mijn Franse vriendinnetje Valerie.

Dat zij alleen maar de Franse taal machtig was deerde mij niet; ik had daar op school altijd goede cijfers op gehad en alleen al het besef dat het zwierige handschrift op dat papier speciaal voor mij was bedoeld bezorgde me al warme gevoelens.

Dat is dus veertig jaar geleden. Valerie ben ik inmiddels uit het oog verloren. Het contact is gaan verwateren. Ik heb jaren geleden met veel moeite haar adres opgespoord, maar mijn brieven blijven onbeantwoord en dat spijt mij, want ik ben echt benieuwd hoe het nu met haar gaat.

Post uit Frankrijk krijg ik overigens nog met regelmaat. Die komt tegenwoordig van de Republique Française zélf. Het voelt tegenwoordig tóch een beetje anders. Zodra ik die dikke witte envelop op mijn mat zie liggen weet ik al weer dat mijn jour de gloire niet is gearriveerd. Een boete.

Ik vind de Fransen op dat gebied geniepig. Camera’s staan echt op plekken waar je door de gehele situatie gewoon wordt misleid. Dat je nét meemaakt dat op een wat onoverzichtelijke plek bij Lyon of in de buurt van Chambéry de maximum snelheid van 130 ineens naar 90 gaat. Natuurlijk neem je dan fors gas terug, maar het komt daar in Frankrijk altijd onverwacht en dan rij je nog net 98 wanneer je op de kiek komt. Het voelt als een achterbakse poging van de Franse staat om ten koste van mijn bescheiden spaarcenten een onhoudbaar pensioenstelsel in stand te houden.

Nu vind ik Frankrijk een zalig land; in verband met de herinneringen aan Valerie, maar ook vanwege het gevarieerde landschap en de wijn. Ik ben dan ook niet beroerd om af en toe eens een donatie te doen aan zo’n land dat aan de rand van een bankroet staat. Maar, dan zou je ook willen dat de hulp van twee kanten komt. Want die keer dat op een avond in Grenoble onze autoruit was ingeslagen, waarna – vermoedelijk door een consument van verlichtende middelen – de gehele inboedel over straat was gestrooid en mijn fotocamera was meegenomen; had ik op het politiebureau toch een iets menselijker ontvangst verwacht. Ik mocht tot diep in de nacht tegenover een agent zitten die in een klein kamertje, volgestouwd met ordners, en onder oogverblindend TL-licht mijn gegevens intikte in een PC die zijn beste jaren al had gehad. Iedere vraag van mijn kant, bedoeld om de vervreemdende stilte van twee mannen in zo’n nachtelijk kamertje een beetje te doorbreken, werd afgedaan met schouderophalen en een diepe zucht. En daarna weer dat trage tikken met twee vingers, bij elke letter zoekende naar de juiste toets. Ik wist: dit misdrijf gaat nooit opgelost worden.

Tot slot wil ik wel hoopvol eindigen met de conclusie: alles went. Oók post uit Frankrijk. Hoe je iets ervaart heeft immers met je mindset te maken. Wanneer er tegenwoordig weer zo’n envelop op mijn mat verschijnt zie ik het als iets dat gewoon bij de vakantie hoort. Zoals vroeger de vakantiefoto’s bij de HEMA werden opgehaald is daar nu nog postuum een laatste vakantiegroet uit La douce France. Het hoort erbij. Nu weer aan het werk.

Delen via

Vergelijkbare berichten