Lang heeft men gedacht dat RSI of klachten bij beeldschermwerkers te beteugelen of te voorkomen waren door, tijdens het werk, frequent korte pauzes van enkele seconden in te bouwen. Recente inzichten laten zien dat het effect van langere pauzes of zogenaamde interventies, van minimaal 3 minuten, veel groter is. En dat deze interventies paradoxaal ook leiden tot meer tijdwinst!

Interventies van minimaal 3 minuten, aangevuld met micropauzes, blijken een veel groter effect te hebben dan micropauzes alleen. Dit blijkt uit een kritische herevaluatie van de uitgevoerde wetenschappelijke studies. Een verklaring voor het grotere effect is dat medewerkers uit zichzelf al veel micropauzes nemen en dat traditionele pauzesoftware hieraan slechts een onbeduidend aantal extra micropauzes toevoegt. Interventies, van minimaal 3 minuten, voegen echter wel extra pauzetijd toe tijdens beeldschermwerk. Hierdoor kan er meer afwisseling tussen beeldschermwerk en andere activiteiten plaatsvinden, waardoor medewerkers daadwerkelijk kunnen herstellen. Het aantal micropauzes tijdens een dag verder ophogen heeft dus geen nut aangezien de concentratie dan te vaak wordt onderbroken. Dit is op zichzelf al ongunstig maar deze frequente pauzemeldingen leiden daarnaast tot veel irritaties bij medewerkers.
Organisaties kunnen meer effect halen uit hun “pauzebeleid” door meer aandacht te geven aan het inlassen van (effectieve) interventies, van minimaal 3 minuten. Onderzoek laat zien dat langere interventies niet alleen effectief zijn in het beteugelen van (RSI) klachten, maar dat deze ook leiden tot een betere concentratie en extra tijdswinst. Effectieve interventies zijn dus ook een meerwaarde voor de grote groep medewerkers die géén klachten heeft! Om het concentratievermogen van alle beeldschermwerkers te herstellen is het nodig andere activiteiten uit te voeren die lang genoeg duren om de aandacht even van de werktaak af te halen.
–
Bron: persbericht ErgoDirect International