Werkt het verkrijgen van een bancaire lening echt zo anders als voor de crisis?
Alan van Griethuysen: “Ondernemers zijn tijdens de crisis best wel voorzichtig geweest. Maar eindelijk gaat het beter met de economie en komen de plannen toch weer op tafel. Wat je ziet is dat het met het voorbijgaan van de crisis moeilijker werd voor ondernemingen om geld op te halen, ook bij de banken. We kennen allemaal wel de nieuwe regelgeving waar ook de banken aan moeten voldoen waardoor ze voorzichtiger zijn, en anders omgaan met het financieren van ondernemingen.” Wilant Steenhoek: “Dat is waar, maar de gedachte heerst een beetje dat banken 'niks meer willen'. Ik ben ervan overtuigd dat dat niet zo is, bij geen enkele bank. Iedere bank wil zijn portefeuille laten groeien. Als wij niks doen, dan maken we onszelf compleet overbodig. Het percentage gehonoreerde financiering is bovendien heel sterk aan het stijgen. We zitten wekelijks bij ondernemers aan tafel bij wie het gewoon geen enkel probleem is om te financieren. Helaas zie je die positieve verhalen nog te weinig terug.” Andries Hondema: “Het is niet meer zo dat als je weet dat iemand uit een “goede familie” komt, dat een financieringsaanvraag zo geregeld is. Want zo ging dat nog niet zo heel lang geleden.” Gerd van Os: “Toch gaat het vaak altijd nog om 'de vent en zijn tent'. Wie zit achter het verhaal en waarom gaat hij op zoek naar financiering?” Steenhoek: “Precies. En als je als ondernemer je zaakjes goed op orde hebt, dan is er veel mogelijk. Wanneer we als bank niet mee kunnen gaan, of maar tot een bepaald niveau, dan zijn er de wereld aan andere mogelijkheden.”
Een wereld aan andere mogelijkheden: gestapeld financieren, crowdfunding, NPEX-effectenbeurs, direct lening en ICO’s. Zijn deze andere vormen van financiering wel nodig, bieden de traditionele banken geen uitkomst meer?
Van Os: “De vraag naar geld zal de komende jaren alleen maar toenemen. En het aanbod van geld blijft gelijk. Dat gat wordt steeds groter. De traditionele banken moeten daarom keuzes maken. Dat betekent dat er MKB'ers buiten boord gaan vallen. Die ondernemers moeten op een andere manier aan een financiering geholpen worden.” Van Griethuysen: “In Nederland is die financiële geschiedenis heel anders verlopen dan de omringende landen. In deze nieuwe tijd maken andere vormen van financiering ook zeker een kans. Vreemd vermogen blijft natuurlijk goedkoper dan eigen vermogen, maar non-bancair óf in samenwerking met de bank kan er zoveel meer dan gedacht wordt.”
Volgens onderzoek is er bij de betrokken adviseurs te weinig kennis van nieuwe vormen van financiering. Hoe zit dat met jullie?
Hondema: “In de financiële wereld is het belangrijk dat je elkaar kent. Tegelijk is het onmogelijk om elkaar allemaal persoonlijk te kennen, maar het is goed van elkaar te weten.” Steenhoek: “Je moet elkaar opzoeken en open staan voor andere soorten van financiering. Als wij er als bank wel geloof in hebben maar de financiering niet of niet geheel bancair onder kunnen brengen, dan is het goed om de ondernemer alternatieven te kunnen bieden, maar ook als financiers gezamenlijk op te trekken en elkaar aan de mouw kunnen trekken van 'misschien kun jij deze ondernemer helpen in de zoektocht naar het totaalpakket'.”
Wat is de beste methode voor de ondernemer om stappen vooruit te maken?
Hondema: “De ondernemer heeft iemand nodig die al vanaf het begin van het financieringstraject met hem optrekt, richting een bank of investeerder. Want het is veelal bij iedere ondernemer maatwerk. Dus zoek een adviseur die ook de bancaire taal spreekt en de vertaalslag maakt naar jou én de bank toe.” Van Os: “Neem daar de tijd voor, want financieren is een vak en dat wordt onderschat. Het wordt vaak als een sluitpost gezien. De ondernemer is heel lang bezig met het maken van plannen en de financiering komt dan pas als laatste.” Als een ondernemer niet goed voorbereid naar een financieringsinstelling gaat, dan staat 'ie 1-0 achter. Als adviseur kun je dat tackelen door te zeggen 'stel het even uit', 'zorg dat je dit of dat op orde hebt'. Daardoor wordt het slagingspercentage hoger omdat ze beter binnenkomen. Heeft allemaal met voorbereiding te maken.”
