Freonen-bijeenkomst: ‘Genoeg duurzame opties binnen isolatie en warmwatervoorziening’

Er zijn legio mogelijkheden om isolatie en warmwatervoorziening duurzaam gestalte te geven”, zo luidde de boodschap van twee gastsprekers tijdens een inspiratiebijeenkomst op woensdag 15 februari van de Freonen fan Fossylfrij Fryslân en ROC Friese Poort Centrum Duurzaam. In het Duurzaam Doen Huis in Leeuwarden vertelden experts Halbe Vlietstra van Oldenboom en Jan van Dijk van INNAX welke rol isolatie en warmwatervoorziening spelen binnen de energietransitie.

De bouwsector kent een grote verantwoordelijkheid binnen de energietransitie, meent Vlietstra. Hij ziet biobased bouwen als de oplossing. “Deze methode is gebaseerd op het gebruik van natuurlijke materialen en onafhankelijk van fossiele grondstoffen. De bouwmaterialen van de toekomst zijn houtvezel, cellulose, stro, hennep, schapenwol en kurk. Het produceren hiervan kost veel minder energie dan in het geval van beton, steen, staal of aluminium. Isoleren met houtvezel en cellulose is bovendien eenvoudig omdat het bouwproces niet verandert. Een gemakkelijke duurzame stap voor aannemers bij nieuwbouw”, stelt hij, waarna een concreet voorbeeld volgt. “Bij de realisatie van 1 miljoen traditionele nieuwbouwwoningen komt 55 Mton CO2 vrij. Door in dit geval te kiezen voor houtbouw bespaar je juist 100 Mton CO2.”

“Met biobased isolatiematerialen is het beter mogelijk om huizen in Nederland in de zomer te koelen en in de winter warm te houden. Daarnaast zorgen deze natuurlijke materialen voor geluidsdemping, wind- en luchtdichting en vochtbescherming. De voordelen van het gebruik van biobased bouwen zijn talrijk, concludeert de gastspreker. “Het past binnen de circulaire economie, kent een gunstige CO2-balans met minder milieu-impact én zorgt voor een gezond binnenklimaat.”

Warm tapwater

Jan van Dijk ging in op de facetten van warm tapwater. “Het leveren van schoon water vergt steeds meer inspanning, stelt hij. “Per jaar gaat er 4,5 miljard m3 richting huishoudens en bedrijven. De verwarming van tapwater is daarmee verantwoordelijk voor circa 12 procent van het totale Nederlandse energieverbruik. We moeten weliswaar van het aardgas af, maar alternatieven leiden evenzeer tot kopzorgen. Zo is waterstofgas voorlopig nog niet op betaalbare wijze beschikbaar en het elektriciteitsnet loopt tegen grenzen aan.” Er zijn echter duurzame oplossingen voorhanden, meent Van Dijk. “Kies bij een woonhuis voor waterbesparende kranen en douchetimers. Ook een aparte warmtepomp- of zonneboiler, los van de CV, wordt aangeraden. Bij een minder geïsoleerd huis is een hybride CV, in combinatie met een buffervat, een optie. Ook stadsverwarming behoort steeds vaker tot de duurzame mogelijkheden.”

Ook scholen en sporthallen hebben meerdere opties. “In het geval van een gymzaal met douches zijn zonnecollectoren met een buffervat en elektrische bijverwarming – gevoed door zonnepanelen – een mogelijkheid. Een sporthal, die geregeld te maken heeft met piekgebruik van warm tapwater, komt in aanmerking voor een groot buffervat met een temperatuur-CO2-warmtepomp. Een zonnecollectorsysteem kan daarop als aanvulling dienen.”

Vergelijkbare berichten