“Ik ben trots op wat we gezamenlijk bereiken”, stelt Lourens Bergsma, Senior Economische Zaken bij Gemeente De Fryske Marren, desgevraagd. “Er is regelmatig overleg tussen de gemeente en de drie overkoepelende ondernemersverenigingen. Vertegenwoordigers van de drie besturen vormen ook de Economische Kerngroep van de gemeente. Hierin wordt het sociaaleconomisch beleid in de gemeente besproken. Dit beleid is dan ook samen met de ondernemers in De Fryske Marren tot stand gekomen. Verder hebben wij structureel overleg met de winkeliersverenigingen in Balk, Joure en Lemmer. Zo ook met de ondernemersvereniging in Terherne, Bakhuizen en Sint Nicolaasga. En verder is er nog regelmatig overleg met de belangenverenigingen op de bedrijventerreinen Eigen Haard, De Ekers, Sewei en Bedrijvenpark Woudfennen.”
Lemmer werd al even door Bergsma aangehaald. Jos Jellesma, in het dagelijks leven directeur van Sijperda Verhuur, is daar sinds maart de kersverse voorzitter de Vereniging van Bedrijven Lemmer e.o. (VVBL). Als ervaren ondernemer en als inwoner van Lemmer voelde hij zich geroepen deze taak op te pakken. “Ik ben in ieder geval zeer begaan met het onderwerp”, aldus Jellesma. “En het is een prettige vereniging, waar de neuzen intern dezelfde kant op staan. Dat maakt mijn taak relatief gemakkelijk.”
Jellesma onderschrijft de positieve woorden van ambtenaar Bergsma, over de onderlinge samenwerking. “Die samenwerking wordt inderdaad steeds beter en het is een prima zaak dat er regelmatig overleg is. De gemeente gebruikt dat overleg om de beleidsambities te spiegelen aan die van ondernemers. Met onze input kunnen wij dus onze rol spelen. We willen daarbij overigens niet op de stoel van de gemeente gaan zitten en het beleid bepalen, maar klankborden en onze visie geven.”
Risicospreiding
Omdat de samenwerking tussen gemeente en ondernemers nog maar recent is geïntensiveerd wil de voorzitter van de VVBL niet te veel op allerlei inhoudelijk zaken ingaan. “Daarvoor zit ik op dit moment gewoon nog niet voldoende in de materie. Ik kan wel aangeven hoe wij als ondernemers in grote lijnen denken. Spreek ik over Lemmer en omstreken dan zien we dat de watersport begrijpelijk speerpunt is. Maar er zijn ook nog enkele bedrijventerreinen. We hopen dat daar in de komende jaren wat maak-industrie of dienstverlening bijkomt. Dat stukje economische risicospreiding zouden wij toejuichen. En we zouden de gemeente op willen roepen om daarbij vooral niet te bescheiden te zijn. Wanneer je kijkt naar de geweldige ligging van Lemmer aan de A6, dan zou ik me heel goed kunnen voorstellen dat niet alleen kleine bedrijvigheid, maar ook grotere spelers deze plek interessant zouden kunnen vinden.”
Smuk Oerke
In Joure treffen we met advocaat Jan Bijlholt (Alderse Baas advocaten, red.) ook al een bijna fonkelnieuwe voorzitter, in zijn geval van de Ondernemersvereniging Skarstelân (OVS), waar hij sinds bijna drie maanden de voorzittershamer hanteert. “Je moet begrijpen dat ook ik nog niet heel veel kan vertellen, maar ik durf op basis van de signalen om mij heen en ook van mijn voorgangers bij de OVS wel te zeggen dat ook wij de samenwerking met De Fryske Marren als positief ervaren. Het gaat verder dan alleen formele overlegstructuren. Lourens Bergsma is vrijwel bij al onze bijeenkomsten en ook wethouder Frans Veltman laat zich regelmatig zien. Dat wordt gewaardeerd.”
Volgens Bijlholt bestaan de activiteiten van ‘zijn’ OVS grofweg uit twee onderdelen: gezelligheid en inhoud. “Dat is correct. En met die gezelligheid is alles al goed geregeld. Zo hebben we het befaamde Smuk Oerke, waarbij we regelmatig samenkomen, zoals nog niet zo lang geleden bij Jachtwerf De Jong. Dat was echt leuk. Veel positiviteit. Een ander element is inhoud. Een visie ontwikkelen op de toekomst, daarin samen optrekken met de gemeente. Eventueel inhoudelijke verdieping kunnen bieden aan je leden. Hoe we dat exact willen ontwikkelen is voor ons nog een vraag. Daar willen we ons het komend half jaar over buigen.”
Tjalling op de Hoek, in het dagelijks leven makelaar, maar ook voorzitter van het ONG (Ondernemers Netwerk Gaasterland e.o.), is ook blij met de nieuwe samenwerking tussen gemeente en ondernemers. “De drie ondernemersverenigingen, de wethouder economische zaken, Frans Veltman, Lourens Bergsma en Heert Jan Swart als secretaris komen vier keer per jaar bij elkaar. Dat noemen we het ‘Koepeloverleg’. In dat overleg geven we inhoud en uitvoering te geven aan het sociaal economisch beleidsplan. Belangrijk eerste succes is dat er een werkgroep infrastructuur/bereikbaarheid in het leven is geroepen waarvan bestuurslid Bram Dahmen de voortrekker is. De minirotonde bij Balk wordt komende herfst geschikt gemaakt voor groot- en zwaar transport. Dit dankzij constructief overleg met gemeente, provincie en plaatselijke ondernemers. In Bakhuizen zitten twee, voor de werkgelegenheid belangrijke staalbedrijven die hier erg blij mee zijn.”
Glasvezel
En dan is er nog de verdere digitale ontsluiting van het platteland, een onderwerp waar Op de Hoek naar eigen zeggen bij iedere bijeenkomst weer aandacht voor vraagt. “Wil het platteland mee profiteren van de huidige periode van economische groei dan is het van essentieel belang dat iedereen wordt voorzien van snel internet. Daar hebben we de gemeente en ook de provincie hard voor nodig als voortrekkers en aanjagers. Met alléén maar private marktpartijen gaat het echt niet lukken.”
Lourens Bergsma licht toe: “Er is een provinciaal initiatief om de witte gebieden te ontsluiten. Dat zijn de locaties waar geen glasvezel is, maar ook geen COAX zoals Ziggo dat bijvoorbeeld aanbiedt, zeg maar de grijze gebieden. Mensen kunnen daar dus alleen via telefoonlijnen internetten. Wij juichen het toe dat daaraan wordt gewerkt, maar we willen graag nog een stapje verder. Wij pleiten er samen met de Stichting DFM op Glas (De Fryske Marren op Glas, red.) voor om niet alleen de witte, maar ook de grijze gebieden aan de glasvezel te leggen.”
Ook Op de Hoek bespeurt bij zijn achterban weer optimisme. De positieve teneur die landelijk in ondernemerskringen voelbaar is, geldt dus ook voor De Fryske Marren, zoveel wordt wel duidelijk. Toch zijn ook aandachtspunten. Onderzoeksbureau Broekhuis Ruijs onderzocht een tijdje terug de staat van de detailhandel. Het aantal winkels in De Fryske Marren is vorig jaar gedaald van 405 naar 390. Het bureau signaleert dat er in De Fryske Marren weinig ruimte is voor groei en dat ondernemers en gemeente er gezamenlijk veel aan zullen moeten doen om de winkelkernen aantrekkelijk te houden. Volgens Jellesma verdient de gemeente een compliment voor de wijze waarop dat in Lemmer is aangepakt. “Er is veel geïnvesteerd in voorzieningen voor de watersport. Betere stroomvoorzieningen, toiletgebouwen en ook het centrum is opgeknapt. Nu de economie weer groeit zijn dat belangrijke factoren om de watersporter te lokken. En je ziet het in het dorp gewoon weer drukker worden.”