Voor het vijfde jaar op rij kreeg Camping & Vakantiepark Bergumermeer onlangs het predicaat ‘Beste Camping’ van de ANWB en ADAC. Deze eer is goed voor een officiële vijfsterren vermelding. De accommodaties zijn er dan ook naar. Fokko: “We bieden het bekende restaurant Klein Zwitserland inclusief partyzaal, bar en buitenterras. Verder hebben we een pizzacorner, plate- en pannenkoekrestaurant en een snackbar. Voor jong en oud zijn er een zwembad, midgetgolfbaan, kinderboerderij en speeltuin. En dan is er natuurlijk de ligging pal aan het Burgumermeer. Let wel, alle genoemde accommodaties zijn openbaar. We richten ons nadrukkelijk op dagjesmensen en watersporters. Maar ook op feesten en bedrijfsevenementen. Restaurant Klein Zwitserland is een perfecte plek voor een familiefeest of bedrijfsuitje.”
Investeren
Fokko Eybergen runt het vakantieoord samen met zijn ouders. Zij streken er twintig jaar geleden neer. “Het was toen feitelijk nog een gemeentecamping. Voorzieningen waren er nauwelijks.” Qua oppervlakte is het park sindsdien niet uitgebreid maar qua accommodaties des te meer. “We investeren continu in vakantiehuizen, chalets, bungalows, beach lodges, mobile homes, trekkershutten en meer. Je moet ook wel. Het kamperen zoals vroeger is op z’n retour. Mensen willen gemak en comfort. Een flinke auto die een caravan kan trekken? Nee, mensen rijden steeds kleiner en vaak elektrisch. Ook de tent is minder in trek. Mensen willen kant-en-klaar kampeercomfort. De trend is verschoven van toerkamperen naar luxe verhuur.”
Tijd tekort
Een eigen camping, het lijkt voor veel mensen een droom van ontspanning. Ook over de wintermaanden bestaan veel misverstanden. ‘Lekker rustig toch?’ Fokko kan er hartelijk om lachen. “Juist in maart hebben we het op z’n drukst. Accommodaties moeten geverfd en schoongemaakt, er wachten reparaties, het groen moet gesnoeid, de paden zijn na de winter hoognodig aan onderhoud toe. Ik kan wel doorgaan. We komen altijd tijd tekort.”
Watersport
Van heinde en verre komen kampeerders naar Sumar. Onder hen zijn opvallend veel Belgen en Duitsters. “Die houden van water. Duitsers helemaal. Ze nemen hun surfplank mee. Of hun Lasertje.” Wie geen eigen materiaal meeneemt, kan op de camping ook alle kanten op. Letterlijk. “Vanuit de eigen passantenhaven verhuren we Valken, Optimisten, motorboten en kano’s. En voor wie het allemaal nog moet leren, organiseren we zeillessen.”
